donderdag 16 juni 2011

Verhaal Rijkevorsel: hoofdstuk 7

Hoofstuk 7

‘Hallo….is daar iemand ? Ze wacht enige tijd maar hoort niets. In een opwelling besluit ze om beneden aan de deur te gaan kijken. Suzanne vertelt Mr. Schmidt dat ze even een boodschap moet doen, ze wil hem niet ongerust maken.
Ze heeft het gevoel dat ze snel moet zijn en geen tijd mag verliezen. Ook is ze die geheimzinnigheid ondertussen beu! Een zoon hebben is tenslotte toch niet zo heel bijzonder. En als ze de verhalen mag geloven van haar opa, waren er tijdens de oorlog veel bijzondere soldaten en mensen. Veel mensen met geheimen. Of zou dit geheim het daglicht echt niet kunnen zien?

In de traphal aangekomen ziet ze niemand staan, er wandelen wat mensen voorbij en kinderen spelen op het gras. Dan valt haar oog op een jongeman die vlakbij op een bank zit, hij schijnt in gedachten verzonken en zit met zijn handen in zijn haar. Instinctief voelt ze dat ze bij hem moet zijn voor antwoorden. Zachtjes duwt Suzanne de deur open en wandelt in zijn richting. Stil zet ze zich naast hem neer en probeert zo rustig mogelijk te blijven. Gelukkig heeft hij nog niets in de gaten. Ze probeert haar ademhaling rustig te krijgen en sluit even haar ogen. Wat is ze nu blij met de yogalessen die ze sinds enige tijd volgt. Het biedt haar nu de mogelijkheid om rustig te worden van binnen en te doen wat gedaan moet worden. Ze rekt haar rug …

Ze haalt diep adem en spreekt de man aan. Ze vraagt of ze elkaar ooit tegenkwamen, hij komt haar zo bekend voor.
De man draait nu eindelijk zijn hoofd in haar richting en lijkt te ontwaken uit zijn mijmeringen. Hij kijkt haar verrast aan. Hij kent haar wel, de blonde vrouw van bij Mr. Schmidt! Het is onmogelijk dat zij hem ooit gezien heeft!
Haar aanwezigheid overvalt hem en ineens voelt hij hoe moe hij is, en eenzaam en hoelang hij al verveeld zit met zijn opdracht. Op dat moment besluit hij haar in vertrouwen te nemen.

Hij steekt zijn hand naar haar uit, stelt zich voor als Simon Cherborgé en vraagt haar of hij mee naar binnen mag, naar Mr. Schmidt. Even is Suzanne uit het lood geslagen door dit antwoord. Maar dan ziet ze de diepe lijnen in zijn gezicht, het verdriet en de vertwijfeling. Natuurlijk brengt ze hem naar Mr. Schmidt!

Gelukkig heeft ze de sleutel meegenomen. In stilzwijgen gaan ze samen naar het appartement van Mr. Schmidt. Ze hangt zijn jas aan de kapstok en leidt hem binnen, naar de woonkamer en laat hem plaatsnemen op de bank. De twee mannen kijken elkaar stilzwijgend aan.

Gina … Parijs … gevaar… onderduiken ……in de steek gelaten…..
Woorden, beelden, flitsen door Simons hoofd. Waar kan hij zijn verhaal beginnen. Wat weet Mr. Schmidt eigenlijk? Door zijn aanval is hem duidelijk geworden dat Mr. Schmidt zich van geen kwaad bewust is, dat hij waarschijnlijk ook een speelbal was van zijn opdrachtgevers destijds. Net zoals hij nu …
De enigen die alle betrokkenen kennen in deze geschiedenis zijn zij.
Is dit dan mijn verhaal, denkt ie? Of is het zijn verhaal? Ons verhaal?
Ach, iedereen heeft zijn eigen verhaal, toch? Wat is de waarheid? Wat is goed en wat is slecht? Is er goed of slecht? Zoveel gedachten komen en gaan ... uiteindelijk wordt het stil in zijn hoofd.

Wat hij dan voelt is rust, eindelijk rust. Geen opgejaagdheid meer.
Herkenning in zijn opa, die ook beseft wie hij voor zich heeft. Langzaam maar zeker vallen de puzzelstukjes in elkaar. In ieder geval, dit puzzelstukje.

De twee mannen staan recht en omhelzen elkaar. Er is nog zoveel te vertellen, maar niet nu! Nee, later …

Geen opmerkingen:

Een reactie posten